Hout en vocht

Hout is een natuurproduct en dat houdt in dat hout kan krimpen en kan uitzetten door een verandering in de relatieve luchtvochtigheid. Het is daarom van belang te weten welke deze eigenschappen zijn en hoe ze zijn te gebruiken. Elke houtsoort heeft een eigen waarde voor de volumieke massa, die op haar beurt weer afhankelijk is van het hout vochtgehalte. Veranderingen in de lucht vochtigheid leiden tot veranderingen in het vochtgehalte van hout en draagt daardoor bij aan het krimpen en/of zwellen van het hout. Kortom, hout kan dus ‘werken’ door schommelingen in de relatieve luchtvochtigheid.

Maar hout wordt toch gedroogd? Hout wordt inderdaad gedroogd, maar blijft daarna wel gevoelig voor vocht. Dit betekent dat het kan uitzetten en krimpen. Gebeurt dit ongelijkmatig, dan vervormt het. In het geval van een langdurig hoog vochtgehalte kan een vloer in combinatie met een bepaalde temperatuur een voedingsbodem voor hout-aantastende schimmels en bacteriën worden.  Daarom is kennis van de houteigenschappen bij vocht belangrijk.

De natuurlijke duurzaamheid van hout wordt gedefinieerd in samenhang met ondermeer de vocht toestand. Het vochtgehalte in het hout bepaald de duurzaamheid en bestandheid tegen tegen met name schimmel aantasting. Hout is opgebouwd cellen, vezels, en vaten. Deze zijn hygroscopisch, dat wil zeggen dat ze vocht kunnen afstaan aan de lucht, maar er ook vocht uit kunnen opnemen. Komt vochtig hout in een droge omgeving, dan geeft het vocht af en in een omgekeerde situatie neemt droog hout in een natte omgeving vocht op. Dit proces gaat gepaard met het krimpen en zwellen van de hout elementen, waardoor vormveranderingen kunnen optreden.

Houtvochtgehalte

Het vochtgehalte wordt gedefinieerd als de verhouding tussen de massa van het water dat aan het hout kan worden onttrokken en de zogenaamde oven droge massa van het hout. De oven droge massa wordt verkregen door het hout te drogen in een oven bij een temperatuur van 103 + 2 ° C. Het vochtgehalte wordt uitgedrukt in een percentage.

Omdat het vochtgehalte invloed heeft op de elektrische weerstand van hout is het mogelijk om het hout vochtgehalte te bepalen door middel van een elektrische weerstandmeter.  De vele poriën in hout hebben als voordeel dat het materiaal een redelijke bijdrage levert aan de warmte isolatie van hout en indirect ook een bijdrage aan de brand weerstand. De mechanische eigenschappen van hout zijn niet alleen nodig voor toepassing van hout in constructies, maar ook voor toepassing als parket.Voor het meten van het vochtgehalte tussen 6 en 28% zijn elektrische vochtmeter’s in de handel waarmee het vochtgehalte tot op ± 1% nauwkeurig kan worden gemeten. Voor praktische toepassingen in de bouw is die nauwkeurigheid ruim voldoende.

Hout is hygroscopisch waardoor het voortdurend vocht uit zijn omgeving opneemt of vocht afgeeft. Elke combinatie van temperatuur en lucht vochtigheid van de omgeving correspondeert met een bepaald hout vochtgehalte. Dit vochtgehalte noemt men het evenwicht’s vochtgehalte.

Bepaling

De gewicht’s hoeveelheid water die hout bevat, wordt uitgedrukt in een percentage van het droge gewicht van hout. Het droge gewicht is de constante massa, verkregen na droging van het hout in een droogstoof. Het hout monster van 100 à 200 gram wordt gewogen en vervolgens gedroogd in een stoof bij 103 à 105 ° C. Zodra er geen vermindering van de massa meer optreedt, weegt men het (geheel) droge monster opnieuw. Met de hieronder genoemde formule berekent men het hout vochtgehalte, uitgedrukt in een percentage van de droge massa. Dit heet de methode van “drogen en wegen”. In de praktijk weegt men het monster na 24 uur drogen en vervolgens na 48 uur. Treedt er vrijwel geen massa verandering op, dan wordt de droging beëindigd.

In de formule zijn:

H  : het vochtgehalte

mH  : de massa van het natte hout

mO  : de massa van het droge hout